Samenvatting

Internationaal onderzoek homeopathische en ‘gebruikelijke' behandeling
bij vrouwen met PMS of PMDD 
 

ACHTERGROND
Veel vrouwen hebben klachten in de periode vóór de menstruatie. Bij matige tot ernstige klachten is er sprake van premenstrueel spanningssyndroom (PMS). In een Amerikaans onderzoek wordt geschat dat milde premenstruele symptomen vóórkomen bij 15,6% van de vrouwen in de vruchtbare leeftijd, matig ernstige klachten bij 67,1%, ernstige symptomen bij 12,7% en bij 4,7% wordt de diagnose Premenstruele dysfore stoornis vastgesteld (PMDD), waarbij ernstige depressieve symptomen op de voorgrond staan. PMS en PMDD bezorgen vrouwen veel last, kunnen leiden tot relatieproblemen, werkverzuim of verminderde arbeidsproductiviteit.
Er zijn diverse reguliere medicijnen getest voor ernstige PMS en PMDD. Van een bepaald type antidepressivum en een combinatie-anticonceptiepil is aangetoond dat zij klachten bij PMDD of zware PMS kunnen verlichten. Deze behandelingen zijn echter vaak onbevredigend en na staken van de behandeling kan terugval optreden. Bovendien zijn ze niet geschikt voor vrouwen met lichte tot matig ernstige symptomen en zijn er vrouwen die de voorkeur hebben voor een meer natuurlijke benadering. Veel vrouwen met matige tot ernstige premenstruele symptomen worden tot nu toe niet of onvoldoende behandeld. Homeopathische behandeling zou een veilig en effectief alternatief kunnen bieden.

VOORONDERZOEK
Van 2007 tot 2011 testten wij een protocol voor individuele homeopathische behandeling met 11 geneesmiddelen in homeopathische artsenpraktijken in Nederland. Dit bleek succesvol.

DOEL EN DOELGROEP
In de voorgenomen studie onderzoeken we of het haalbaar is om een groot internationaal onderzoek op te zetten met twee behandelgroepen. De ene groep krijgt aanvullende  homeopathische behandeling, de andere groep krijgt alleen gebruikelijke behandeling door de huisarts. Door middel van loting wordt bepaald bij welke groep iemand wordt ingedeeld. Vrouwen die graag een homeopathische behandeling zouden willen, maar loten voor de andere groep, kunnen na afloop alsnog een homeopathische behandeling krijgen. Het onderzoek wordt uitgevoerd in Nederland, Duitsland en Zweden. We streven er naar om in dit voorbereidende onderzoek 38 vrouwen per land te vinden die mee willen doen.

DUUR
De behandelingen in het onderzoek duren 4 maanden (of de duur van 4 menstruatiecycli). Voordat de behandeling begint moeten vrouwen gedurende 2 menstruatieperiodes (dus ongeveer 2 maanden) dagboeken met symptomen bijhouden. Dat is nodig om de diagnose te kunnen stellen. Dat betekent dat de totale duur van het onderzoek voor elke vrouw zo’n 7 maanden bedraagt.

WELKE VRAGEN WILLEN WE BEANTWOORDEN MET HET ONDERZOEK?
We willen we onderzoeken of we voldoende vrouwen kunnen vinden die willen deelnemen, wat hun voorkeuren zijn voor een behandeling voor PMS/PMDD en wat ze van de behandeling verwachten. We gaan na of het de vrouwen goed lukt om tijdens het onderzoek regelmatig symptomendagboeken bij te houden en vragenlijsten in te vullen, en ook of het onderzoek voor de artsen goed te doen is. We inventariseren de inhoud van ‘gebruikelijke behandeling’ in de 3 landen (die kan namelijk nogal variëren) en vergelijken de resultaten van de behandeling in beide groepen. We meten het klachtenverloop en medicijngebruik door middel van dagboeken en vragenlijsten. Ook stellen we na afloop enkele vragen over de tevredenheid met de behandeling.

DE BEHANDELINGEN IN HET ONDERZOEK
Vrouwen in de homeopathiegroep krijgen een aanvullende homeopathische behandeling en bezoeken daarvoor een arts voor homeopathie. Voor het homeopathische geneesmiddelvoorschrift wordt gebruik gemaakt van een algoritme met 11 geneesmiddelen. Verder is alles zoals een normale homeopathische behandeling. Het eerste consult duurt ongeveer een uur, de vervolgconsulten een half uur.
Vrouwen in de groep met ‘gebruikelijke behandeling’ gaan naar hun eigen huisarts voor een behandeling. Dit kan inhouden: advies over leefstijl, voeding, supplementen, lichaamsbeweging. Medicamenteuze behandeling kan bestaan uit antidepressiva of een anticonceptiepil, rustgevende middelen, medicijnen tegen vocht vasthouden of pijnstillers, indien van toepassing. Er wordt geen behandeling opgedrongen, altijd wordt rekening gehouden met de voorkeur van de vrouw. Verwijzing naar een gynaecoloog (bij PMS) of psychiater (bij PMDD) is mogelijk. Vervolgconsulten zullen in beide groepen plaatsvinden na 2 en 4 maanden/menstruatiecycli. Na 1 en 3 maanden/ menstruatiecycli worden de vrouwen telefonisch benaderd door een lid van het onderzoeksteam voor een gesprek over de voortgang. Zo nodig wordt een extra consult gepland.